Bloemen voor Barbara
D’Ye bracht goed spel in matig stuk
Een matig stuk, zo moet het blijspel “Bloemen voor Barbara” toch zeker wel omschreven worden. Te weinig humor, nauwelijks karakters en een verhaal waarbij de ene uitvlucht de andere moet goedmaken. Een opeenstapeling van cliché’s, die afkomstig lijken te zijn uit andere blijspelen. De bekende rolverdeling met een van overspel betichte huisvader, een vermomde politie-inspecteur en de altijd goed voor een lach zijnde dienstbode. Voeg daar aan toe dat het stuk zich uiteraard in gegoede kringen afspeelde en het is duidelijk dat deze keus van stuk niet de meest gelukkige was. Niettemin, de groep bracht het prima. Men maakte er meer van dan er aan tekst in zat en dat is een goed compliment. Uitschieters waren vooral Nel Bakker in de rol van een weduwe met poen en Voufke bij ‘t Vuur als de slagvaardige dienstbode Bertha. Daarbij mag ook de debuterende Aafke Bootsman genoemd worden. Het gemak waarmee zij zich over het podium bewoog, de flair bij het spreken, bijzonder goed. Compliment voor Joop Kunst, die met dit stuk zijn debuut als regisseur maakte. Vaste regisseur Jan de Boer was een keer verhinderd en het experiment met Joop bleek uitstekend te lukken. Het hele podium werd in beslag genomen en zeker de tweede avond zat er voldoende vaart in het spel. Overigens is het wat Joop betreft een eenmalig experiment: ‘Ik sta toch liever zelf op de planken.’ Kunst is van plan een regiecursus te doen maar zelfs dan zal het spelen hem toch liever zijn. Moet nog vermeld worden dat in het hokje souffleuse Rie Hermanides zat en dat de heer Koekoek uit Baarn het grimeerwerk voor zijn rekening had genomen. Lees verder